Einde van het atoomtijdperk: Duitsland schakelt de laatste drie kerncentrales uit

Duitsland staat in 2025 op het punt om de laatste drie kerncentrales te sluiten. Om hun capaciteit te vervangen, zijn er duizenden windturbines nodig – maar deze hebben ten opzichte van kernenergie één duidelijk nadeel: windstilte.

Spread the love

De klok tikt: Duitsland staat in 2025 op het punt om zijn laatste drie kerncentrales te sluiten. Met deze ingreep zet het land een dikke streep onder meer dan een halve eeuw nucleaire energie. Het alternatief? Duizenden windmolens en zonnepanelen, al brengen die ook uitdagingen met zich mee – zeker wanneer de wind even wegvalt.

Kerncentrale Brokdorf, Foto: Wolfgang Claussen via Pixabay

Gundremmingen, Grohnde en Brokdorf: een hoofdstuk wordt afgesloten

Op het moment dat de jaarwisseling zijn intrede doet, gaan de installaties in Gundremmingen, Grohnde en Brokdorf definitief uit. Het ontmantelingsproces zal makkelijk tot 2030 duren. Duitsland neemt zo afscheid van kernenergiebronnen ten gunste van duurzame parken voor wind- en zonne-energie. Het afscheid is symbolisch én praktisch, want de drie centrales leverden samen net zoveel stroom als ongeveer duizend moderne windturbines.

Druk op import en hernieuwbare ambitie

Waar een groot deel van Europa – inclusief Nederland – kernenergie ziet als toekomstig alternatief voor kolen, kiest Duitsland bewust voor een andere koers. De sluiting, een erfenis van Angela Merkel en rechtstreeks gevolg van de ramp in Fukushima, is ondanks groeiende kritiek van burgers en stijgende energieprijzen niet teruggedraaid door de huidige politiek.

Het resultaat? Kernexploitanten eisen compensatie, waarvoor de overheid ruimhartig middelen heeft vrijgemaakt. Energiebedrijven richten hun pijlen volop op de versnelling van de energietransitie. Grootschalige investeringen in wind- en zonne-energie zijn de norm geworden – maar de levering is niet altijd gegarandeerd. Geen wind betekent immers ook: geen stroom uit wind.

Leunen op de buren: de rol van importenergie

De overgangsfase na het sluiten van de laatste reactoren betekent dat Duitsland tijdelijk afhankelijker wordt van elektrische import vanuit omringende landen. De data van bijvoorbeeld electricityMap laten nu al zien dat Duitsland regelmatig stroom importeert uit het buitenland, onder andere uit Frankrijk (waar kernenergie de ruggengraat van het net vormt), Tsjechië en Polen (veelal kolencentrales).

Toch is het niet alleen maar somberheid: met de forse investeringen in duurzame energiebronnen is de verwachting dat import vooral als back-up zal dienen, bijvoorbeeld tijdens windstille periodes. Zodra ook andere landen fors inzetten op hun eigen energietransitie, zullen piek- en dalmomenten in de toekomst steeds vaker via slim onderling Europees import- en exportsysteem worden opgevangen.

Europese spreiding: zuid en noord pakken hun voordeel

Wat betekent deze trend voor Nederland en de rest van Europa? Zuid-Europese landen met veel zonuren kunnen grote economische voordelen halen uit fotovoltaïsche stroomproductie, terwijl Noord-Europese landen met hun windparken op zee een sterke positie behouden. Ook in Nederland zie je steeds meer duurzame initiatieven via projecten als het Hollandse Kust-windpark of de groeiende capaciteit van zonneparken in Brabant en Flevoland.

Samenvattend: het afscheid van kernenergie in Duitsland is het startschot voor een vernieuwende, internationale samenwerking op energievlak. De komende jaren worden voor heel Europa bepalend – en ik ben benieuwd hoe wij in Nederland leren meeliften op deze gigantische energiegolf die nu wordt ingezet.

Spread the love