Tsjechische bossen verliezen hun klimaatfunctie: houtkap zorgt voor meer CO2-uitstoot

Door intensieve houtkap slaan Tsjechische bossen nauwelijks nog koolstof op. In plaats daarvan stoten ze juist CO2 uit, wat leidt tot verarming van de bodem en verslechtering van het milieu. Wat kunnen we hiervan leren voor het bosbeheer in Nederland?

Spread the love

Voor veel Nederlanders zijn bossen een vanzelfsprekend onderdeel van het Europese landschap: een plek voor ontspanning, biodiversiteit en – niet te vergeten – als groene longen van onze planeet. Maar in Tsjechië trekken experts nu aan de bel: hun bossen zijn flink in verval geraakt door jarenlange, intensieve houtkap. Waar bossen traditioneel CO2 opnemen, blijken ze daar nu juist bij te dragen aan de uitstoot. Dat heeft ook forse gevolgen voor het milieu in de wijde omgeving.

Waarom verliezen deze bossen hun kracht?

In Tsjechië is sinds 2018 een opvallend patroon zichtbaar. De verstoring is vooral te wijten aan eenzijdige aanplant van snelgroeiende bomen – met name sparren – die gevoelig zijn voor plagen als de letterzetter (een bekende bastkever in Midden-Europa). Hierdoor zijn niet alleen oude, maar ook jonge bossen binnen twintig jaar zwaar aangetast, legt Martin Valtera van de Mendel-universiteit in Brno uit.

Het gaat inmiddels om duizenden hectaren kale vlaktes, die nauwelijks meer in het klimaat passen waarin ze moeten groeien. Vooral de bodem lijdt hieronder: water en waardevolle voedingsstoffen verdwijnen razendsnel, het herstel van het bos wordt daardoor decennia vertraagd.

Nieuwe aanplant, oude fouten?

Een bijkomend probleem is het gebrek aan geschikt plantmateriaal. Omdat alternatieven schaars zijn, worden opnieuw sparren geplant op bodem waar ze eigenlijk niet thuishoren. Het gevolg? De voedingskringloop raakt versnipperd, koolstof wordt niet meer opgeslagen maar juist vrijgegeven aan de lucht, en waardevolle mineralen spoelen uit naar het grond- en oppervlaktewater. Hierdoor wordt duurzaam bosbeheer een steeds grotere uitdaging.

Bodemonderzoek biedt hoop

Wetenschappers zijn nu volop bezig om oplossingen te vinden. Een driejarig onderzoeksproject van het Tsjechische ministerie van Landbouw duikt diep in de samenstelling van de bodems op de meest aangetaste plekken. Daar, op die lege vlaktes, kan jarenlang extra veel CO2 vrijkomen tot er weer voldoende begroeiing is. De inzet: duurzame methoden ontwikkelen die de CO2-opslag in deze bossen herstellen en toekomstbestendig maken. Naast het nationaal instituut voor bosbouw doen ook de universiteiten van Brno en Praag mee.

Wat kunnen wij hiervan leren?

  • Variatie is cruciaal: Monoculturen zijn kwetsbaar. Ook in Nederlandse bossen kiezen beheerders steeds vaker voor gevarieerde aanplant, bijvoorbeeld in de Veluwe of Drents-Friese Wold.
  • Herbebossing vraagt regionale aanpak: Alleen geschikte boomsoorten op het juiste type bodem kunnen het veranderende klimaat aan.
  • Bodemzorg is langdurig werk: Investeren in bodemkwaliteit loont. Zie het succes van bosherstelprojecten bij Nationaal Park De Biesbosch, waarbij lokale soorten het verschil maken.

De Tsjechische situatie benadrukt hoe broos het evenwicht is tussen financieel gewin en duurzaam natuurbeheer. Als we naar de toekomst van ál onze Europese bossen kijken, hebben we juist nu internationale samenwerking en experimenten met nieuwe bosbeheer nodig. Juist wat daar misgaat, kan ons helpen onze eigen bossen te beschermen en slimmer te herstellen.

Spread the love